Juni
Wanneer je planten water geven?
Wanneer en hoe geef je planten het beste water? In het algemeen geldt altijd dat je planten beter te weinig dan te veel water geeft. Zo bevorder je de ontwikkeling van langere wortels, die diep in de grond op zoek zullen gaan naar water, en zullen je planten beter bestand zijn tegen droogte. Bovendien voorkom je zo wortelverstikking, en uiteindelijk dus het afsterven van je plant doordat de grond vol water zit en geen voedingsstoffen meer kan overbrengen.
Woel door het zandoppervlak om in te schatten hoeveel water een plant nodig heeft. De bovenste 1 tot 2 centimeter moeten droog zijn om eventueel te begieten. Behalve bij zaailingen die nog oppervlakkige wortels hebben. In dat geval zijn een paar millimeter droge grond het signaal om te gieten.
Hoe geef je water? Het is beter om één keer per week een flinke hoeveelheid water te geven dan elke dag een beetje. Dagelijks gieten werkt een oppervlakkig wortelstelsel in de hand, waardoor je planten veel gevoeliger zullen zijn voor perioden van droogte en hittegolven.
Heb je een regenton? Planten houden van regenwater, want dat heeft de omgevingstemperatuur. Zo voorkom je hittestress. Geef 's ochtends water wanneer het nog koel is, of ‘s avonds als de zon al lager staat: het vochtverlies door verdamping blijft beperkt en je voorkomt verbranding van de bladeren. Giet bij voorkeur aan de voet van de plant en niet op de bladeren, want daardoor kunnen ziekten ontstaan.
Je gazon vernieuwen
In juni ligt je gazon er in theorie het mooiste bij: het gras is weer mooi groen en groeit actief. Maai regelmatig, maar nooit te kort, om een compacte groei van de grassprieten te stimuleren en de ontwikkeling van onkruid binnen de perken te houden. Stukken waar mos woekert of die zijn platgetrapt, zal je moeten vernieuwen.
Het gevecht tegen mos kan een werk van lange adem zijn. Gewoon het mos verwijderen volstaat niet. Je moet ook de juiste bodem- en lichtomstandigheden creëren opdat het mos niet terugkomt. Een compacte, lichtzure en schaduwrijke ondergrond die het water vasthoudt, is ideaal. Tenzij je er natuurlijk voor kiest om het mos te behouden en het een mooi tapijt te laten vormen, zoals in een Japanse tuin.
Bij zones waar veel over gelopen hark je het grondoppervlak een paar centimeter los om te verluchten. Maak een mengsel van potgrond en graszaad met soorten die goed tegen betreding kunnen. Verdeel het mengsel gelijkmatig over het kale oppervlak, druk aan en besproei. Loop niet over het ingezaaide stuk tot er een nieuw mooi groen gazon is ontstaan. Pas dan mag je weer maaien.
Bij zomerse hitte en droogte kan je gazon geel en soms zelfs bijna stroachtig worden. Geen paniek! Bij de eerste regenbuien wordt je gras weer mooi groen. Sproeien heeft dus geen enkele zin.
Trimmen: hoe werk je het gazon tot in de puntjes af?
Voor het maaien zijn er twee opties: een mulchmaaier, die de fijn gemaaide grassprietjes op de grond laat liggen of een grasmaaier met opvangbak. Informeer in het laatste geval bij je gemeente over het verwijderen van groenafval of voorzie een hoek in je tuin voor het recycleren van het gemaaide gras. Weet wel dat een goede composthoop meer nodig heeft dan enkel gras.
Nadat je het gras hebt gemaaid, zijn er vaak nog enkele moeilijk toegankelijke bosjes gras langs de muren, onder de heesters, rond het terras, ... Als je een onberispelijke tuin wilt, gebruik je een kantenmaaier waarmee je orde kunt scheppen in die chaotische groei. Deze handeling is niet nodig na elke maaibeurt, maar kan de uitbundige scheuten in bedwang houden door ze behoorlijk kort te trimmen. Langs de bedden verwijder je eerst het hoogste onkruid en werk je het naar de randen af (die je op het einde van de winter met een spade of een scherpe halvemaanvormige afsteker hebt afgebakend). Houd het gereedschap schuin zodat je het gras bij de basis afsnijdt.
Met een lichte en gemakkelijk te hanteren accu kantenmaaier werk je in stilte en zonder snoer wat ideaal is om efficiënt te werken zonder de omringende planten te beschadigen.
5 tips om het beste uit uw kantenmaaier, grastrimmer of bosmaaier te halen. Klik hier.
Weet je niet welke maaikop te kiezen? Ontdek hier de juiste maaikop voor iedere klus.
Bodembedekkers
Bodembedekkers zijn handige kruipplanten. De perfecte oplossing om moeilijk te onderhouden stukken in je tuin snel te begroeien! Zodra ze goed zijn ingegroeid, hoef je niet meer aan gieten, wieden of maaien te denken.
Kies wel de juiste soorten uit. Sommige planten houden van volle zon terwijl andere een schaduwrijk plekje verkiezen. Dat is echter nog niet alles! We maken ook een onderscheid tussen droge en vochtige schaduw, en daarin gedijen niet dezelfde planten. Kies voor een zonnige plek gewone tijm of Zoysia. Schaduw en koele grond zijn dan weer perfect voor Helxine, Sagina en Dichondra, maar je zult er niet over kunnen lopen zoals over een gazon. Droge schaduw, vaak onder bomen, is de lastigste plek in de tuin. Plant hier maagdenpalm, Bergenia of winterharde geraniums (G. macrorrhizum).
Zet de planten vrij dicht bij elkaar (elke 20 centimeter een plantje) om snel een mooi en vrij dicht tapijt te vormen waarin onkruid geen kans krijgt. Deze planten houden dan wel van droge grond, maar bij het aanplanten mag je ze een slok water geven. Zo zullen ze vlotter aanslaan en een stevig wortelstelsel ontwikkelen. Daarna heb je er geen omkijken meer naar!
Het onderhoud van rozenstruiken
Juni is de maand van de rozenstruik!
In maart, voor het begin van de groei, dien je de meeste rozen te snoeien zodat ze zich compact ontwikkelen en veel bloemen voortbrengen. In juni beperk je je tot het snoeien van de zwakke takjes die geen mooie bloemen dragen en bij klimrozen bind je de krachtigste stengels op om ervoor te zorgen dat ze mooi naar boven klimmen.
Voor de nabloeiende rozenvariëteiten is het aanbevolen om de verwelkte bloemen te snoeien. Dit doe je, door de stengel schuin af te snijden net boven een blad. Voor de niet-nabloeiende variëteiten kun je de verwelkte bloemen afsnijden, behalve als de soort decoratieve vruchten vormt waarvan je in de herfst wilt genieten. Een snoeischaar is het ideale gereedschap om je rozen netjes en nauwkeurig te snoeien.
Als je rozenstruiken in een arme grond zijn geplant, is dit het moment om de bloei te ondersteunen door aan de voet een beetje meststof of een handvol goed ontbonden compost in de grond te brengen.
Ter herinnering: klimrozen zijn rozen die lange stelen vormen die best worden opgebonden. Nabloeiende rozen zijn rozen die twee bloeiperiodes kennen, een in juni en de andere, vaak minder genereus, in september. Er bestaan dus nabloeiende klimrozen!